Informatie

Inspectie van stookinstallaties  en brandstofleidingen en emissiemetingen van stookinstallaties zijn door de overheid verplicht. De wet maakt onderscheid tussen installaties waarvoor wel of geen milieuvergunning vereist is. De eerste groep (inrichting type A en B) valt onder het Activiteitenbesluit. Voor de tweede groep (inrichting type C) is de onderhoud- en inspectiefrequentie in de milieuvergunning opgenomen.

Inrichting type A:

Zijn inrichtingen die minder milieubelastende activiteiten uitvoeren, zoals kantoorgebouwen, scholen. Ze vallen volledig onder het Activiteitenbesluit. Naast het Activiteitenbesluit kunnen ook andere milieuregels gelden.

Inrichting type B:

Zijn inrichtingen die bij oprichting of een wijziging een melding moeten doen aan het bevoegd gezag. Ze hebben geen milieuvergunning nodig. Soms wel een beperkte milieutoets (OBM). Ze vallen volledig onder het Activiteitenbesluit. Naast het Activiteitenbesluit kunnen ook andere milieuregels gelden. Voorbeelden van deze inrichting zijn jachthavens, metaalbewerkingsbedrijven en garagebedrijven.

Inrichting type C:

Zijn inrichtingen die een milieuvergunning nodig hebben. Soms ook een beperkte milieutoets (OBM) nodig. Het Activiteitenbesluit is maar voor een gedeelte van toepassing. De rest van de milieuregels staan in de milieuvergunning van het bedrijf. Naast het Activiteitenbesluit kunnen ook andere milieuregels gelden.

Per type inrichting kent het Activiteitenbesluit verschillende regels.

Eigenaren van installaties zijn verantwoordelijk voor de goede werking ten aanzien van veiligheid, milieu en rendement van hun installaties. De eisen hiervoor zijn opgenomen in het Activiteitenbesluit. Bij het van kracht worden van het Activiteitenbesluit derde tranche in 2015 is het verplicht om bij ingebruikname van een nieuwe stookinstallaties een Eerste Bijzondere Inspectie uit te voeren. Voor de periodieke inspectie geldt een frequentie die afhangt van de soort stookinstallatie:

Thermisch ingangsvermogen Gasgestookte installaties Niet gasgestookte installaties
< 20 kW Geen verplichte inspectie Geen verplichte inspectie
20-100 kW Geen verplichte inspectie Eens per 4 jaar
> 100 kW Eens per 4 jaar Eens per 2 jaar

De inspectiefrequentie van de brandstofleidingen (gas en olie) is gelijk aan die van de betreffende stookinstallatie. Wanneer kleine stooktoestellen (> 20 kW) worden samengevoegd tot één grote stookinstallatie (cascadesystemen) en het totale thermisch ingangsvermogen van deze installatie boven de 100kW komt, dan is keuring volgens de genoemde frequentie wettelijk verplicht. Het rookgas van een ketelinstallatie moet voldoen aan de emissiegrenswaarden zoals genoemd in het  Activiteitenbesluit Milieubeheer. Bestaande ketelinstallaties dienen uiterlijk op 1 januari 2017 aan deze eis te zijn aangepast of te zijn vervangen. De technische regelgeving voor het uitvoeren van inspecties, onderhoud en emissiemetingen is ondergebracht in de certificatieregeling voor inspectie en onderhoud van technische installaties en wordt opgesteld en beheerd door de stichting SCIOS (Stichting Certificatie Inspectie en Onderhoud Stookinstallaties).

Inspectie SCIOS Scope 8

Door het laten uitvoeren van een NEN 3140 / NEN 1010 inspectie door een SCIOS Scope 8 gecertificeerd bedrijf, wordt de inspectie door een vakbekwame inspecteur uitgevoerd. De inspectie is gericht op het voorkomen van letsel door gebruik van de elektrische laagspanning installatie. Door deze veiligheidsinspectie periodiek te laten uitvoeren komt u tegemoet aan Artikel 3.2 van het Arbeidsomstandighedenbesluit. Hier in staat als algemene vereiste dat de arbeidsplaats regelmatig gecontroleerd dient worden ter bescherming van de werknemer. De interval van de inspectie zal worden bepaald door de installatie verantwoordelijke of de installatie eigenaar, CSC Inspecties BV geeft alleen een advies op basis van tabel I.1 uit de NEN 3140.

Wat houdt de inspectie SCIOS Scope 8 in?

Er wordt een visuele controle uitgevoerd, tevens zal de installatie worden onderworpen aan diverse metingen en beproevingen. CSC Inspectie BV zal aanvullend tijdens de inspectie een thermografisch onderzoek uitvoeren aan de schakel- en verdeelinrichtingen.

Inspectie SCIOS Scope 10

Veel voorkomende branden ontstaan door onveilige situaties in de elektrische installatie. Om een inzicht te geven van de risico’s met betrekking tot het elektrische materieel kunt u bij ons een SCIOS Scope 10 inspectie laten uitvoeren. De NEN3140 veiligheidsinspectie is voor dit aspect niet voldoende en de scope10 inspectie is ook niet de vervanger van de NEN 3140, de scope 10 inspectie is enkel en alleen bedoeld voor het beoordelen van het elektrisch materieel op brandrisico’s. De scope 10 inspectie zal plaatsvinden op basis van de NTA 8220 en zal worden uitgevoerd door een deskundig en gecertificeerd inspecteur. De interval van de inspectie zal in de meeste gevallen worden bepaald door de verzekeraar. CSC Inspecties BV geeft alleen een advies op basis van tabel 3 uit de NTA8220.

Wat houdt de inspectie SCIOS Scope 10 in?

De inspectie bestaat uit diverse metingen en beproevingen aan de elektrische installatie en visueel  zal de installatie worden beoordeeld. Tijdens de inspectie zal ook een thermografisch onderzoek plaatsvinden om zo hittegevaren in kaart te brengen. Het voordeel van een thermografisch onderzoek is dat warmteontwikkelingen met de camera worden ontdekt die met het blote oog niet zichtbaar zijn.